We leven in een beeldcultuur. Van alles en iedereen wordt een foto of video gemaakt. Het is zelfs een rage geworden om jezelf te fotograferen. De president van Amerika doet het, dus waarom wij niet?
Ook het onderwijs maakt dankbaar gebruik van beeldregistraties. Je kunt docenten en leerlingen namelijk van gefundeerde feedback voorzien aan de hand van (bewegend) beeldmateriaal. Wetenschappers zullen ongetwijfeld ook relevante zaken vastleggen op video of foto, maar vandaag las ik voor het eerst over fotografie als startpunt van een onderzoek. Een aantal studenten uit Tsjechië brengt in kaart hoe journalistieke redacties werken. Dat doen ze door eerst foto’s te (laten) maken en daarna gesprekken aan te gaan met de geportretteerden. De resultaten van hun onderzoek worden beschikbaar gesteld aan worldofjournalism.org, een organisatie die in kaart brengt welke journalistieke culturen er wereldwijd zijn.
De fotosessies verlopen volgens twee lijnen: (1) de journalisten fotograferen zichzelf (daar zijn de selfies weer), (2) de onderzoekers fotograferen situaties op de redactie. Uiteindelijk worden de plaatjes van de twee sessies samengevoegd en aan de hand daarvan vinden interviews plaats. Volgens de studenten is een dergelijke onderzoeksvorm in Tsjechië nog nooit gebruikt en zijn er ook nauwelijks voorbeelden uit de rest van de wereld bekend.
Je kunt een inleiding van dit Tsjechische onderzoek vinden op internet. Als je het complete wetenschappelijke werk wilt lezen, dan moet je stevig in de buidel tasten.